Er zijn zo goed als geen negatieve rentevoeten meer te vinden op de markt voor bedrijfsobligaties, nu beleggers zich schrap zetten voor een strenger monetair beleid.
Elke obligatie uit de Bloomberg-index die de wereldwijde investment grade bedrijfsobligatiemarkt volgt levert nu 0% of meer op. Dit is een groot verschil met augustus, toen meer dan 1,5 biljoen dollar aan obligaties, hoofdzakelijk uit Europa, een negatieve rente opleverden. Dit luidt het einde in van een tijdperk waarin de centrale banken met het openzetten van de geldkraan en hun onconventioneel beleid de financieringskosten laag hielden en de inflatie stimuleerden. Dit beleid was het resultaat van de financiële crisis en de Europese schuldencrisis, gevolgd door het uitbreken van de pandemie. Nu gaan de zaken helemaal de andere kant uit. De rente op obligaties stijgt overal ter wereld en beleggers maken zich zorgen dat de inflatie op hol slaat. De Bloomberg-index voor wereldwijde bedrijfsobligaties levert nu ongeveer 3,7% op, het hoogste niveau sinds maart 2020, en een stijging ten opzichte van de 1,3% van eind 2020.

De terugkeer van de positieve rentevoeten is goed nieuws voor iedereen die een obligatie koopt en van plan is om ze tot de vervaldatum aan te houden. En dat maakt de wereldwijde obligatiemarkten opnieuw aantrekkelijker. Hun gemiddelde opbrengst is nu 1,5% hoger dan het gemiddelde dividendrendement van de belangrijkste wereldwijde aandelen die deel uitmaken van de MSCI World All Countries-index. Momenteel is de kloof tussen beide rendementen het grootst sinds 2011!
De meeste strategen geven aan dat de renteopbrengsten positief zullen blijven zolang de centrale banken hun beleid blijven verstrakken. De centrale banken van de G7 breidden hun balans vorig jaar uit met ongeveer 2,8 biljoen dollar, waardoor de totale aankopen tijdens de pandemie intussen meer dan 8 biljoen dollar bedragen. In het eerste kwartaal van 2022 voegden ze daar nog eens 340 miljard dollar aan toe - een vermindering met 50% ten opzichte van een jaar eerder - en Bloomberg Economics voorspelt dat hun balansen zullen krimpen met ongeveer 410 miljard dollar in de rest van het jaar. Het terugtrekken van deze overvloedige liquiditeiten, zelfs in een gematigd tempo, zal altijd moeilijker zijn dan het introduceren ervan, vooral wanneer de centrale banken al begonnen zijn met het verhogen van de rente.
Fed-voorzitter Powell stelde zijn meest agressieve aanpak sinds midden de jaren 2000 voor om de inflatie en een oververhitte arbeidsmarkt onder controle te krijgen. Nadat de Fed de financieringskosten gedurende twee jaar in de buurt van nul hield om de economie af te schermen van de pandemie, verhoogde de Fed de beleidsrente in maart en april met 0,75% tot een rentevork tussen 0,75% en 1% en stelde dit jaar nog vijf extra verhogingen in het vooruitzicht. Hierdoor zou de rente dit jaar afklokken op 2% en vervolgens stijgen tot ongeveer 2,8% tegen het einde van 2023.
Intussen rekenen beleggers erop dat de Europese Centrale Bank de rente dit jaar voor de eerste keer sinds 2012 tot boven nul zal laten uitstijgen, nadat de markt uit een aantal havikachtige uitspraken van de beleidsmakers afleidde dat de bank zich opmaakt voor een sneller dan verwachte verstrakking van het monetair beleid. De depositorente van de ECB staat momenteel op een historisch lage -0,5%.
Beleggers zullen wellicht aarzelen om obligaties te kopen zolang de centrale banken de rente blijven verhogen, of totdat ze meer vertrouwen hebben om een eventuele economische recessie in de koersen in te prijzen. Als we de hoogste inflatie in veertig jaar willen terugdringen en ons daarbij laten leiden door het verleden van de Fed, wetende dat we niet ver verwijderd zijn van de volledige tewerkstelling, dan mogen we ervan uitgaan dat een zachte landing een schier onmogelijke opdracht wordt! Als je de rente te traag verhoogt, bestaat het risico dat de inflatie op hol slaat, waardoor men nog harder op de rem moet gaan staan. Grijpt men daarentegen te snel in, dan kan de centrale bank de beurzen doen kelderen en de economie in een recessie storten. Wat de opdracht nog moeilijker maakt: door de oorlog in Oekraïne stijgen de prijzen van brandstof, voedsel en metalen nog meer, waardoor er gevreesd wordt voor stagflatie zoals in de jaren ‘70, omdat de oorlog zowel een bedreiging vormt voor de prijzen, de groei als de stabiliteit op de financiële markten.
In deze context, waarin investment-grade obligaties (overheids- en bedrijfsobligaties) 12% kwijtgespeeld zijn in 2022 en op weg zijn naar hun grootste daling op jaarbasis sinds de indicator werd geïntroduceerd in 1990, zal de volatiliteit op de obligatiemarkten wellicht hoog blijven.
